Vermoeid zit ik na een dag werken in de trein. Onderweg naar een etentje met vrienden, want ook mijn sociale ik verdiend aandacht. Maar holiemolie. Drukte om me heen. Geluiden, geuren, trillingen. Ik vang een gesprek naast me op in de trein '...pasta met kip en pesto..', hoor de harde bastonen door de koptelefoon van een medereiziger en schuin tegenover me haalt een man luidruchtig zijn neus op. En voel hem naar me kijken.
Overal en continu prikkels. Af en toe krijg ik niet de ruimte om mijn eigen gedachten los te kunnen laten. Neem ik die ruimte niet. En moet ik lucht creëren in mijn eigen zijn. Oefenen. Oefenen! Zeg ik tegen mezelf. 1, 2, 3, 4. Adem in. Houd vast, 2,3. En uit. 2,3,4. Gedachten terugbrengen naar mijn ademhaling. Een oefening die ik van mijn coach heb meegekregen.
Waar hadden we ook al weer afgesproken? Dat leuke nieuwe tentje aan de gracht, met die heerlijk gekruide kippendijtjes.
Nee. Terug! Ademhaling. En vergeet het touw niet. Ik visualiseer een touw vanaf mijn bil naar de aarde. Van visdraad. Nee, beter van staaldraad met veel kleur. Bombastisch.
Dan stopt de trein op mijn station. Ik laat mijn touw abrupt los en stap uit met de rest van de menigte op Centraal. Samen met de prikkels en gedachten van al die mensen.